
Wil je een strakke spot met warme sfeer? De NR50 gloeilamp (50 mm, E14) bundelt licht smal en kleurecht, ideaal voor vitrines en kleine spots, maar verbruikt meer stroom, wordt heet en is door EU-regels steeds schaarser. Je leest het verschil met R50, hoe je een passende LED-vervanger kiest (lumen i.p.v. watt, juiste bundelhoek, 2700K, dimbaarheid) en krijgt praktische tips voor veilige installatie en goede ventilatie.

Wat is een NR50 gloeilamp
Een NR50 gloeilamp is een compacte reflector-gloeilamp met een diameter van 50 millimeter die het licht in een smalle, gerichte bundel projecteert. De afkorting NR staat voor Narrow Reflector: precies wat je krijgt als je een accent wilt leggen op een object of een klein oppervlak. In vergelijking met een R50 (Reflector 50) geeft een NR50 een strakkere spot, vaak met een bundelhoek rond de 20-30 graden, waardoor je minder strooilicht hebt en meer focus. Je ziet dit type vaak in vitrineverlichting, boven aanrechtbladen, in spiegelarmaturen of kleine spotjes waar je weinig ruimte hebt. Meestal heeft de lamp een E14-fitting en werkt hij op 230 volt, met gangbare vermogens van 25 tot 40 watt en een lichtopbrengst van grofweg 200 tot 400 lumen.
Je krijgt warm, sfeervol licht (rond 2700K) met een perfecte kleurechtheid, het licht is direct op volle sterkte en de lamp is dimbaar. Een NR50 wordt warm, dus je let op voldoende ventilatie en houdt je vingers weg van het glas tijdens en vlak na gebruik. Klassieke gloeivarianten zijn in de EU grotendeels uitgefaseerd, waardoor je ze vooral nog als restvoorraad of voor speciale toepassingen tegenkomt. Zoek je hetzelfde effect met minder verbruik en langere levensduur, dan kies je eenvoudig een NR50-vorm LED-vervanger met dezelfde fitting en bundelhoek.
Kenmerken: 50 MM reflector en smalle lichtbundel
Een NR50 heeft een reflector met een diameter van 50 millimeter die het licht bundelt tot een geconcentreerde spot. Die smalle bundel, vaak rond 20-30 graden, levert gericht licht met weinig strooiing, ideaal om een object, werkvlak of detail in je interieur te accentueren zonder de hele ruimte fel te maken. Door de compacte reflector past de lamp in kleine armaturen en inbouwspots, terwijl de vorm de lichtopbrengst efficiënt naar voren stuurt voor een strakke lichtcirkel met duidelijke randen.
Je profiteert van hoge kleurechtheid en direct vol licht, wat handig is bij vitrines, keukenspots en spiegelverlichting. Let wel op warmteafvoer: de kleine behuizing kan warm worden, dus geef de lamp voldoende ventilatie voor optimale prestaties en levensduur.
Toepassingen en verschil met R50
Een NR50 gebruik je wanneer je gericht accentlicht wilt, bijvoorbeeld in vitrines, op kunst, op een werkblad of als spot in een kleine inbouwarmatuur. De smalle bundel (ca. 20-30°) levert een strakke lichtcirkel en weinig strooilicht, waardoor je details laat opvallen zonder de hele ruimte te verlichten. Een R50 heeft dezelfde 50 mm lampkop, vaak met E14-fitting, maar gebruikt een bredere reflector.
De bundel is ruimer (ca. 36-60°), zachter aan de randen en daarmee geschikter als algemeen of sfeerverlichting in kleine armaturen of plafonnières. Praktisch betekent dit dat je met NR50 meer focus en contrast creëert, terwijl je met R50 een gelijkmatiger spreiding krijgt. Beide passen meestal in dezelfde armaturen; je kiest simpelweg de bundel die bij je toepassing past.
[TIP] Tip: Controleer 50 mm diameter en fittingmaat van de NR50 gloeilamp.

Regelgeving, voor- en nadelen
In de EU zijn klassieke gloeilampen, inclusief veel NR50-varianten, door Ecodesign-regels grotendeels uitgefaseerd; je komt ze vooral nog als restvoorraad of voor speciale doeleinden tegen, terwijl LED-vervangers ruim beschikbaar zijn en voldoen aan de huidige energie-eisen. Voor jou betekent dit dat een NR50 gloeilamp wel mag als hij aan uitzonderingen voldoet, maar dat je in de praktijk vaker naar een LED met NR50/R50-vorm en vergelijkbare bundelhoek zult grijpen. Het grote voordeel van een NR50 gloeilamp is de beeldschone lichtkwaliteit: CRI 100, warm 2700K, direct vol licht en probleemloos dimbaar met standaard dimmers.
Daarnaast is de aanschafprijs laag en werkt hij in bestaande armaturen zonder gedoe. De nadelen zijn duidelijk: hij verbruikt veel meer stroom dan LED, wordt heet en heeft een korte levensduur van grofweg 1.000 uur, wat leidt tot hogere kosten en meer vervangmomenten. In Nederland en België zie je op het energielabel dat gloeilampen onderaan scoren, terwijl moderne LED-alternatieven veel efficiënter zijn. Kies je toch voor gloeilicht, let dan op warmteafvoer en beschikbaarheid; ga je voor LED, check dan dimbaarheid en de juiste bundelhoek.
Energieverbruik, warmte en levensduur
Een NR50 gloeilamp zet het grootste deel van de energie om in warmte in plaats van licht, waardoor je voor relatief weinig lumen toch 25 tot 40 watt verbruikt. Reken op grofweg 10-12 lumen per watt, dus een 25W-lamp haalt zo’n 250-300 lumen en een 40W-lamp rond 400-450 lumen. Die inefficiëntie voel je: de reflector en glasbol worden snel zeer heet, waardoor je armatuur voldoende ventilatie moet hebben en je de lamp pas aanraakt als hij is afgekoeld.
De typische levensduur ligt rond 1.000 branduren, en vaak aan de onderkant als je veel schakelt of de lamp in een gesloten behuizing gebruikt. Dimbaar gebruik op lager vermogen kan de levensduur iets verlengen, maar verandert niets aan de basis: verbruik blijft hoog en warmteproductie aanzienlijk.
EU-uitfasering en actuele beschikbaarheid
In de EU zijn gloeilampen voor algemene verlichting, waaronder veel NR50-varianten, stap voor stap uitgefaseerd door Ecodesign-regels. Fabrikanten en winkels mogen deze lampen niet meer nieuw “op de markt brengen” voor gewone verlichting; je vindt ze vooral nog als restvoorraad of onder speciale doeleinden zoals oven- of signaalverlichting, die buiten de standaardregels vallen. Die speciale varianten moeten duidelijk als niet-geschikt voor kamerverlichting worden aangeduid.
In Nederland en België merk je dat de keuze aan echte NR50 gloeilampen snel slinkt en prijzen schommelen, terwijl LED-alternatieven met dezelfde vorm, E14-fitting en bundelhoek volop beschikbaar zijn. Online kom je soms import of oude voorraad tegen, maar levering is onzeker. Praktisch gezien kies je dus sneller een NR50-LED, die wél aan de huidige energie-eisen en het nieuwe A-G energielabel voldoet.
Wanneer kies je nog voor een gloeilamp
Je kiest nog voor een NR50 gloeilamp als je maximale kleurechtheid (CRI 100) en een superstrakke, warme spot wilt zonder kleurverschuiving bij dimmen. Vooral bij kunst, houttinten of textiel kan dat nét het verschil maken. Ook als je een bestaande dimmer hebt die met LED hapert, zoemt of niet laag genoeg dimt, werkt een gloeilamp meestal probleemloos en traploos tot heel zacht licht.
Verder is een NR50 handig wanneer een specifieke vorm of afmeting nodig is en LED-alternatieven te lang zijn of de bundel anders tekenen. Brandt de lamp slechts af en toe, dan weegt het hogere verbruik minder zwaar. Gaat het om dagelijks gebruik of veel branduren, dan is een NR50-vorm LED de logische, zuinige keuze met vergelijkbare bundel en fitting.
[TIP] Tip: Controleer EU-verbod; vervang NR50-gloeilamp door LED, bespaar energie.

De juiste NR50 of LED-vervanger kiezen
Onderstaande vergelijking helpt je snel de juiste keuze te maken tussen een klassieke NR50 gloeilamp en een LED R50/NR50-vervanger, op basis van de belangrijkste selectiecriteria.
| Aspect | NR50 gloeilamp | LED R50/NR50 vervanger | Keuzehulp |
|---|---|---|---|
| Fitting & spanning | Meestal E14, soms E27; 230 V AC; Ø50 mm reflector. | Zelfde fittingen (E14/E27) op 230 V; vaak iets langere behuizing. | Bevestig fitting en inbouwdiepte; niet verwarren met GU10 (ander koppelingstype). |
| Lichtopbrengst & verbruik | 25 W ca. 200 lm; 40 W ca. 400 lm; hoge warmte en laag rendement. | 3-5 W 250-470 lm; veel zuiniger en koeler. | Vergelijk op lumen (helderheid), niet op watt; kies LED die past bij gewenste lm. |
| Bundelhoek | Smalle spot, ca. 30-40°. | Keuze van 24°, 36°, 60°+ (spot tot flood). | Accentlicht: 24-36°; algemene verlichting: 60° of breder. |
| Kleurtemperatuur & CRI | 2700 K, CRI ~100 (zeer natuurgetrouw, warm). | Meestal 2200-3000 K; CRI 80-95 (kies 90+ voor beste kleurweergave). | Stem CCT af op sfeer; voor keuken/werk: CRI 90 aanbevolen. |
| Dimbaarheid & compatibiliteit | Altijd dimbaar met standaard fase-dimmers; geen minimale belasting nodig. | Alleen dimbaar als vermeld; mogelijk LED-geschikte dimmer of extra belasting nodig. | Check dimmer-compatibiliteit bij de fabrikant; test op flikkeren/zoemen en stel min/max in. |
Samengevat: match eerst fitting en inbouwruimte, bepaal daarna lumen en bundelhoek voor de toepassing, en let bij LED op kleur (CCT/CRI) en dimmercompatibiliteit voor probleemloos gebruik.
Begin met de basis: controleer de fitting (meestal E14) en 230V netspanning, plus de beschikbare inbouwruimte. Een NR50 heeft een kopdiameter van 50 mm, maar de totale lengte verschilt per merk; sommige LED-versies zijn net iets langer, dus meet je armatuur na. Kies op lumen, niet op watt: wil je het niveau van 25W gloeilamp benaderen, mik dan op circa 250-300 lumen; voor 40W zo’n 400-450 lumen. Let op de bundelhoek: voor accentlicht past een smalle 20-30° het best, wil je wat meer spreiding, kies dan een bredere variant of overweeg R50.
Bepaal de sfeer met kleurtemperatuur (2700K warm, 3000K iets frisser) en check de kleurechtheid; CRI 90+ laat materialen mooi uitkomen. Ga je dimmen, kies dan expliciet een dimbare LED en een passende dimmer (vaak fase-afsnijding) om zoemen of flikkeren te voorkomen; een gloeilamp dimt vrijwel altijd probleemloos. Let tenslotte op warmteafvoer en of de lamp geschikt is voor gesloten armaturen of vochtige ruimtes als je badkamer.
Fitting, spanning en inbouwruimte
Bij een NR50 kom je in Nederland en België vrijwel altijd een E14-fitting tegen op 230V netspanning, zodat je de lamp rechtstreeks kunt inschroeven zonder transformator. Controleer altijd het etiket van je armatuur en de oude lamp, want er bestaan ook speciale spanningen voor apparatuur of scheepstoepassingen, en die wil je niet per ongeluk mixen. Meet daarnaast de beschikbare ruimte: de kopdiameter is 50 mm, maar de totale lengte varieert per merk, en vooral LED-vervangers hebben vaak een iets langere hals of een koellichaam.
Zorg dat de lamp niet tegen de kap of randen komt en laat rondom lucht voor warmteafvoer. Let bij inbouwspots op de minimale inbouwdiepte en eventuele kantelmechanismen, zodat de lamp vrij kan bewegen en de bundel ongestoord naar voren schijnt.
Lumen, bundelhoek en kleurtemperatuur
Kies niet op watt, maar op lumen: dat vertelt je hoeveel licht je echt krijgt. Voor het gevoel van een oude 25W NR50 mik je grofweg op 250-300 lumen; wil je richting 40W, ga dan rond 400-450 lumen zitten. De bundelhoek bepaalt de spreiding: een NR50 is van nature smal (ongeveer 20-30°) voor strak accentlicht met duidelijke randen.
Wil je meer vulling van de ruimte, kies dan een iets bredere bundel of overweeg een R50. De kleurtemperatuur stuurt de sfeer: 2700K geeft warm, gezellig licht, 3000K oogt net iets frisser en moderner. Let bij LED op consistente kleur (binning) en liefst CRI 90+ als je materialen natuurgetrouw wilt laten uitkomen.
Dimbaarheid en armatuurcompatibiliteit
Een NR50 gloeilamp dim je vrijwel altijd probleemloos met standaard fase-aansnijd- of fase-afsnijd-dimmers; het licht blijft mooi warm en het dimbereik is groot. Bij LED-vervangers moet je expliciet kiezen voor een dimbare versie en letten op de combinatie met je dimmer: fase-afsnijding werkt meestal het best, mits de minimale belasting gehaald wordt en het aantal lampen per kanaal klopt. Merk je flikkeren of zoemen, pas dan het dimniveau aan of kies een dimmer/driver die op de compatibiliteitslijst van de fabrikant staat.
Check ook je armatuur: de meeste NR50’s zijn 230V E14, maar een ingebouwde trafo, sensor- of touchdimmer kan LED in de war brengen. In gesloten armaturen of kleine spots heb je extra warmte, dus kies een LED die daarvoor geschikt is en overweeg warm-dim als je het gloeilampgevoel wilt.
[TIP] Tip: Controleer E14-fitting en 50 mm; kies vergelijkbare lumen, kleurtemperatuur, dimbaarheid.

Installatie en gebruikstips
Met deze installatie- en gebruikstips haal je het meeste uit een NR50 (of LED-vervanger) en voorkom je schade of onnodig levensduurverlies. Volg de stappen hieronder voor een veilige, nette montage.
- Schakel de stroom uit en laat een warme lamp afkoelen; controleer de fitting (meestal E14), het maximaal toelaatbare wattage van het armatuur en de netspanning (230 V – mix geen spanningen). Draai de lamp stevig maar niet te hard vast en raak het glas zo min mogelijk aan; veeg zo nodig na met een droge, pluisvrije doek.
- Controleer de inbouwruimte: de kop is 50 mm, maar de lengte verschilt per merk (vooral bij LED-vervangers met koellichaam). Zorg voor voldoende ventilatie – gloeilampen worden heet en in gesloten armaturen neemt de levensduur af. Richt de bundel bewust om verblinding te voorkomen en test het effect op het te accentueren oppervlak.
- Dimmen en veelgemaakte fouten: gloeilampen dimmen vrijwel altijd, maar LED-NR50’s vragen een compatibele (bij voorkeur fase-afsnijdende/RC) dimmer en voldoende minimale belasting. Bij flikkeren, zoemen of een kleine dimrange: kies een geschikte dimmer, verlaag de belasting per kanaal, plaats eventueel een belastingmodule of update de driver; bij doorslaande zekeringen of verkoolde fittingen: controleer wattage, ventilatie en klemcontacten.
Neem de tijd om deze punten te checken voordat je de stroom weer inschakelt. Zo verleng je de levensduur en krijg je precies de gerichte lichtbundel die je zoekt.
Veilig vervangen en omgaan met hitte
Schakel eerst de stroom uit en laat de NR50 volledig afkoelen; een gloeilamp kan binnen seconden loeiheet worden en je huid verbranden. Gebruik een droge doek of handschoen, pak de lamp bij de metalen voet en draai hem recht uit de E14-fitting zonder te wrikken. Raak het glas zo min mogelijk aan; vet kan hotspots veroorzaken, dus maak vingerafdrukken zonodig schoon met een pluisvrije doek.
Controleer het armatuur op het maximale wattage en zorg voor voldoende ventilatie, zeker in kleine spots of gesloten kappen, want hitte verkort de levensduur en kan schade geven. Draai de nieuwe lamp stevig maar niet te strak vast en test pas als alles droog en koel is. Breekt een lamp, laat eerst afkoelen, ruim scherven veilig op en plaats pas daarna een nieuwe.
Veelgemaakte fouten en praktische oplossingen
Een veelgemaakte fout is kiezen op watt in plaats van lumen, waardoor je te weinig of juist te veel licht krijgt; vergelijk dus het gewenste lichtniveau in lumen en stem de bundelhoek af op je toepassing. Ook zie je vaak een verkeerde combinatie van dimmer en LED-vervanger, met flikkeren of zoemen als gevolg; kies een dimbare LED en een dimmer van de compatibiliteitslijst en stel het minimale dimniveau goed af.
Te weinig ventilatie in kleine spots verkort de levensduur, dus zorg voor lucht rondom of kies een LED die geschikt is voor gesloten armaturen. Verder worden lampen soms te strak vastgedraaid of aan het glas vastgepakt; draai handvast aan de voet en maak het glas vetvrij. Past de spreiding niet, switch dan van NR50 naar R50.
Veelgestelde vragen over nr50 gloeilamp
Wat is het belangrijkste om te weten over nr50 gloeilamp?
Een NR50 is een 50 mm reflector-gloeilamp met smalle lichtbundel (spot). Ideaal voor accentverlichting in vitrines of richtspots. Verschilt van R50 (bredere bundel). Door EU-uitfasering schaars; LED-alternatieven bieden vergelijkbare bundels.
Hoe begin je het beste met nr50 gloeilamp?
Controleer eerst fitting (meestal E14), netspanning en inbouwruimte rond de reflector. Bepaal gewenste lumen, bundelhoek (15-30°) en kleurtemperatuur. Overweeg een dimbare LED-vervanger, en stem dimmer/armatuur-compatibiliteit en maximale wattage af.
Wat zijn veelgemaakte fouten bij nr50 gloeilamp?
Te hoge wattage kiezen, onvoldoende ventilatie rond het armatuur en de hete lamp aanraken. Verkeerde bundelhoek of kleur kiezen. LED vervanger op ongeschikte dimmer plaatsen geeft flikkeren. Check altijd wattage, bundelhoek, dimmercompatibiliteit en hitte-afvoer.